Onderzoek verschil maken als projectmanager

Eind 2007 deed ik een model-leer-onderzoek naar de impliciete kwaliteiten van projectmanagers. Er moest toch meer zijn dan alleen een methode waardoor zij succesvol waren? De resultaten presenteerde ik op de jaarlijkse projectmanagement parade van de beroepsvereniging IPMA Nederland.

Conclusies in vogelvlucht

Elk project is een samenspel van van mensen, rollen en disciplines. Een projectmanager werkt in de driehoek opdrachtgever, projectmanager en team. In dit speelveld kun je niet altijd het midden kiezen. Je hebt te maken met verschillende belevingen en beelden. En ook met soms volledige tegenstrijdige waarden en overtuigingen. De opdrachtgever wil verder en sneller, terwijl het team vastzit. Of omgekeerd. De een vindt dat het moet, de ander wil niet en de derde kan niet. Soms weet je als projectmanager niet of je moet leiden of begeleiden. En of je beter kunt volgen of dat je moet afdwingen. Vraag jezelf dan eens af waardoor jij verschil maakt en waar je goed in bent. Meestal is het antwoord iets wat je doet. Of misschien iets wat je kunt. Maar in elke opdracht breng je ook een deel van jezelf mee.

Verschil maken door hoe je in je werk staat

Om met dat laatste te beginnen: je maakt verschil door wie je bent en hoe je in de wereld staat. Ben je bijvoorbeeld regelaar of begeleider? En welke basishouding heb je? Wat wil je bereiken, maar ook wat wil je eigenlijk vermijden in je werk? En hoe kleuren jouw overtuigingen dit alles? Allemaal vragen waar iedereen een uniek antwoord op heeft. In hoofdstuk twee vind je een aantal gemeenschappelijkheden. Zorg dat je zoveel mogelijk jezelf bent en doe wat boeit en waar je goed in bent. Zoek of maak zo veel mogelijk een setting waarin dit mogelijk is en waarin je kunt groeien. Met de juiste basishouding zit je in je kracht en heb je meer contact met je eigen kennis, ervaring en vaardigheden. Zo gaan moeilijke taken je makkelijker af en ben je effectiever.

Verschil maken door wat je kunt

Je maakt ook verschil door wat je kunt. Door hoe je waarneemt, hoe je problemen oplost, hoe je communiceert. Noem maar op. Daarin heeft iedereen bepaalde mentale patronen. Zoek je bijvoorbeeld eerder naar verschillen of naar overeenkomsten? Deze patronen bepalen je waarneming, maar ook welke competentie je inzet. Voor een projectmanager zijn onder andere leiderschap, resultaat gerichtheid en motivatie belangrijke competenties. In hoofdstuk drie krijg je een overzicht van de belangrijkste patronen en competenties.

Verschil maken door wat je doet 

Je maakt verschil door wat je doet. Richting opdrachtgever, richting teamleden en richting jezelf.

Hoofdstuk vier geeft een aantal projectmanagement principes, ofwel best practices. Richting opdrachtgever is het belangrijk dat je een goede relatie opbouwt en transparant bent. Alleen dan kun je samen het project effectief bijsturen. Richting het team gaat het er om dat je een positieve sfeer creëert en dat iedereen vanuit kracht en passie werkt. En als het om jezelf gaat? Weet wat je inspireert en motiveert, maar wees ook eerlijk over ergernissen en angsten. Neem initiatief en trek je grenzen. Maar ga ook de verbinding aan met anderen.

Wat kun je met dit verslag?

Als projectmanager zou je dit verslag kunnen gebruiken om uit te vinden waar je zelf goed in bent en hoe jij verschil maakt. Je kunt ook een Ruysdael coach vragen dit met je te doen. Je kunt ook in een workshop of intervisie met collega’s zelf een lijst met best practices opstellen.

Download verslag en meer informatie

Rapport Verschil maken als projectmanager

Lees meer over mijn workshops waarin je leert om verschil te maken als projectleider.

Meest gelezen artikelen